Onderwijs en kwaliteit

Passend onderwijs

De bedoeling van passend onderwijs is dat er voor alle leerlingen in het onderwijs een geschikte plaats wordt gevonden, vooral voor die leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte. Het schoolbestuur van Proceon Scholengroep is samen met de andere schoolbesturen binnen het SWV Unita  hiervoor verantwoordelijk. Op de website  http://www.swvunita.nl kunt u hierover meer lezen.  Voor eventuele vragen kunt u contact opnemen met SWV Unita p/a Annie MG Schmidtschool Laapersboog 9 1213 VC Hilversum Telefoon 035 800 10 11

 

Daarnaast wordt het onderwijsaanbod zoveel mogelijk afgestemd op de ontwikkeling van leerlingen. Differentiatie vindt dus in eerste instantie plaats binnen de jaargroep in de hoeveelheid leertijd, de instructie en de begeleiding door de groepsleerkracht. Ook de meest recente methodes bieden zeer overzichtelijke en bruikbare structuren om met deze vorm van differentiatie te werken. Op basis van onder andere toets resultaten en onderwijsbehoefte worden de leerlingen ingedeeld in drie subgroepen. Dit noteren we in leeruniek ( registratiesysteem):

  1. De verrijkte groep; de instructieonafhankelijke leerlingen: zij volgen een verkorte instructie
  2. De basisgroep; de instructiegevoelige leerlingen, zij volgen de basisinstructie
  3. De instructiegroep, de instructieafhankelijke leerlingen, zij volgen verlengde instructie.

Verlengde instructie wordt zoveel mogelijk groepsgewijs aangeboden aan de instructietafel. In elke groep staat een instructietafel die voor dit doel beschikbaar is. Het werken aan de instructietafel draagt bij aan voorspelbaarheid en ondersteunt het planmatig werken met kinderen die verlengde instructie nodig hebben. Daarbij wordt doelgericht gewerkt. Als de ontwikkeling op een of meerdere gebieden stagneert, dan wordt dit besproken met ouders en wordt bekeken in hoeverre de leerkracht het kind kan ondersteunen, of dat er voor een kind andere hulp moet komen. In dat geval kunnen we een beroep doen op verschillende instanties, afhankelijk van de problematiek van het kind. Zo kan het gaan om opvoedingsvragen, gedragsproblematiek, leerproblemen of een combinatie hiervan. De intern begeleider is degene bij wie ouders en leerkrachten terecht kunnen om te bespreken welke route er in zo’n geval bewandeld zou moeten worden.

 

Dyslexie

Als uw kind op ons kindcentrum begint is het vooraf goed om de school op de hoogte te stellen van het eventueel voorkomen van dyslexie in de familie. Als een kind start met het leesproces (voorbereidend lezen groep 2 en vervolgens in groep 3) kan na enige tijd blijken dat er sprake is van dyslectische kenmerken.  Dyslexie valt in de meeste gevallen op dat moment nog niet vast te stellen. Via een extern loket bij de gemeente wordt de aanvraag beoordeeld. Er kan dan nog om aanvullende gegevens worden gevraagd. Als uw kind enkelvoudige ernstige dyslexie heeft wordt de aanvraag toegewezen. Uw kind krijgt dan 40 vergoede behandelingen bij een aanbieder naar keuze. Vanuit het basisonderwijs is de enige manier waarop een dyslexieverklaring kan worden verkregen, als een kind 3 keer een V scoort op de Cito-DMT-toets. Het is natuurlijk ook mogelijk dat een zeer zwakke lezer die niet aan de regels voldoet door ouders bij een extern bureau wordt aangemeld en een dyslexieverklaring krijgt, maar de kosten zijn in dat geval voor eigen rekening. Een kind met een dyslexieverklaring krijgt op grond van die verklaring een aantal aanpassingen: het mag eventueel gebruikmaken van een laptop, bepaalde toetsen mogen worden voorgelezen, meer tijd bij toetsen, eventueel een vergroting van een toets of een zwart-wit kaart in plaats van een gekleurde, al naar gelang het advies in de dyslexieverklaring.

 

 

Zorgleerlingbesprekingen binnen ons kindcentrum

Wanneer een kind problemen heeft waar het met behulp van ouders, leerkracht en ondersteunende anderen niet uitkomt, dan kan op dat moment de leerkracht, in overleg met de ouders, besluiten om het kind te bespreken in de zorgleerlingbespreking. (ZAT = Zorg Adviesteam). In zo’n zorgoverleg zit de jeugdarts, jeugdverpleegkundige van de GGD, de intern begeleider van ons kindcentrum, eventueel de directeur, de leerplichtambtenaar en het schoolmaatschappelijk werk. Met elkaar wordt gekeken wat er precies aan de hand is en hoe de ouder, leerkracht en kind weer tot een prettige en leefbare situatie kunnen komen.